|
Tegenwoordig zijn we allemaal bekend met draadloze microfoons, daarmee kunnen artiesten zingen en dansen tegelijk, en sprekers vrij bewegen op een podium. In de begindagen van elektrisch geluid waren microfoons altijd op een standaard bevestigd en waren gebruikers daarmee beperkt tot een vaste positie.
Zelfs in de jaren dertig was zo'n beperking onacceptabel en dus werkte Western Electric, het toonaangevende microfoonbedrijf van die tijd, aan oplossingen.
In 1932 werd de allereerste reversmicrofoon gepresenteerd, een piepklein koolstof type, met een diameter van ongeveer 3,5 centimeter. Het typenummer 619 is te zien op de achterkant, maar die aanduiding is blijkbaar nooit door WE gebruikt.
Omdat de nieuwe microfoon op kleding kon worden gedragen, bood het een spreker bewegingsvrijheid. Het was een aanpassing van de koolmicrofoon die door Bell Labs pas was ontwikkeld voor telefonisten.
De behuizing van de reversmicrofoon was bedekt met zacht rubber, om het geluid van schuren tegen de kleding van de spreker te verminderen. Een geïntegreerde clip maakte het mogelijk om hem aan een revers of een borstzak te bevestigen.
Het heeft een dun aluminium membraan en, anders dan bij de single en double button koolmicrofoons, waarbij het membraan een van de elektroden vormt, was het membraan van de reversmicrofoon geïsoleerd van de koolstofkorrels. Twee cirkelvormige elektroden maakten de elektrische verbinding, een systeem dat vergelijkbaar is met dat van de Reiszmicrofoons.
Het microfoonsnoer (ongeveer 0,6 m) werd aangesloten op een contrastekker, die een condensator van een paar duizend microfarad bevatte, die overbrugde de geleiders, waardoor het samenklonteren van de koolstofkorrels werd voorkomen wanneer de stekker werd losgekoppeld tijdens gebruik.
De connector kon in een zak van een jas worden gedragen, van daaruit verbond een ca. 9 meter lange flexibele kabel hem met een schakelkast. Die kast bevatte een koppelingstransformator die ook de lagere frequenties verzwakte, voor een helderder geluid. De output van de microfoon, aan de revers van een jas, was ongeveer hetzelfde als die van een double button microfoon op statief, als die vanaf ongeveer een meter afstand werd besproken.
Er waren twee soorten bedieningskasten beschikbaar, voor één microfoon of om maximaal vijf microfoons aan te sluiten. Er kon maar één microfoon tegelijk worden gebruikt, het systeem was heel eenvoudig te bedienen, er was geen technicus voor nodig.
Tijdens de Democratische conventie van 1932 in de VS, werden de reversmicrofoons geïntroduceerd; er werden er acht gebruikt, die door acht loopjongens in uniform over de grote congresvloer werden gedragen. Ze moesten afgevaardigden de mogelijkheid bieden om hun stem uit te brengen via de reversmicrofoon, zo was die te horen via de PA en voor radioluisteraars thuis.
Na deze succesvolle introductie combineerde Western Electric de reversmicrofoon met een 'draagbaar' 3 Watt PA-systeem dat in één koffer paste en 32 kilo woog. Het werd aangeboden aan politieke kandidaten en andere sprekers. Het volume kon worden geregeld met een potentiometer die via een 9 meter lang snoer met de bedieningseenheid was verbonden.
Het idee om de microfoon van de standaard te halen en aan een spreker te geven, was in feite de eerste stap naar de draadloze microfoons die ons nu zo'n grote vrijheid bieden.
Dit is een van de modellen die te vinden zijn in mijn boek Witnesses of Words. Meer informatie daarover is te vinden op: www.witnessesofwords.com
|
|
|
|
Top:de Western Electric revers mic, grootte t.o.v. Euro & achterkant met de metalen clip
Onder: klank, WE lapel systeem, adertentie uit 1932, en page boy met lapel mic bij de Democratic Conventie van 1932 |
|
|
|
|
|
|